"Ze
hebben de Heer uit het graf gehaald en we weten niet waar ze hem
hebben neergelegd. - Ze hadden nog niet begrepen wat de Schrift
zei: dat hij uit de doden moest opstaan." (Joh., 20:2.9).
Paasnachtvieringen
zijn op verre na niet zo populair als de vieringen van de
kerstnacht. Misschien
valt dat licht te verklaren. Kerstmis is de viering van een
geboorte, in omstandigheden die tot de verbeelding spreken. Iedereen
kan het zich gemakkelijk voorstellen, en dat heeft men dan ook
overvloedig gedaan. Men heeft het ook gedaan met de kruisweg en de
gewelddadige dood van Jezus. Ook dat spreekt de verbeelding aan.
Maar met zijn opstanding uit de dood ligt het heel anders. De
verrijzenis vieren is veel meer een akte van geloof, van naakt
geloof, zonder de steun van tastbare beelden. Het graf van Jezus
was leeg, ze vonden zijn dode lichaam niet meer. Er is geen
Jezusverering ontstaan rond een opgesmukt graf, met bedevaarten
naar dat graf.
Van Maria Magdalena en Petrus bij het lege
graf zegt het evangelie dat ze nog niet hadden begrepen wat de
Schrift zei. Misschien moeten wij zeggen dat wij de Schrift niet
meer begrijpen en het daarom zo moeilijk hebben om te
geloven. Maar "opstanding" is geen leeg woord. Dat wit
ik proberen aan te tonen. We moeten, denk ik, kijken naar Jezus’
leven aan deze kant van het lege graf om iets te begrijpen van
zijn opstanding aan de overkant.
Jezus
heeft met open ogen naar zijn dood toe geleefd. Vanaf een bepaald
moment is het hem duidelijk geworden dat hij er het leven bij zou
inschieten als hij met zijn werk voortdeed zoals hij bezig was.
Hij heeft zijn Vader in doodsangst gebeden dat het hem allemaal
bespaard mocht blijven, maar zijn gebed is niet verhoord. En hij
is voor de doodsdreiging niet gezwicht. Hij is rechtop gebleven,
trouw aan zijn zending, vertrouwend op zijn Vader.
Jezus heeft veel mensen doen opstaan; uit
ziekte en lijden, uit eigen kwaad en verdrukking door anderen. Ze
hebben het hem van hogerhand kwalijk genormen, maar ze kregen hem
niet klein. Hij heeft opstandig gesproken en gehandeld; tegen
hypocrisie en valse pretentie, tegen de betweterigheid van
letterknechten. Toen zijn uur dan gekomen was, heeft hij het
lijden doorstaan. Hij is er dwars doorheen gegaan, ook als zijn
lichaam werd gebroken en zijn leven afgebroken. Jezus is dwars
door zijn dood heen gegaan en eruit opgestaan in een nieuwe wijze
van leven. Zijn leerlingen hebben het ondervonden: hij is
gestorven, maar hij leeft weer, hij is midden onder ons. Ze
ontdekten en voelden bij zichzelf de waarheid van wat hij had
beloofd: Ik zal jullie de Geest zenden. Het heeft hen de kracht en
de moed gegeven om te getuigen van zijn verrijzenis en hun leven
daarop af te stemmen. Ze hebben hem in hun tafelgemeenschap
aanwezig gesteld toen ze deden wat hij hun had opgedragen: gelovig
de maaltijd vieren tot zijn gedachtenis.
Wat betekent het voor christenen dat ze leven
uit het geloof in de verrijzenis? Het bepaalt hun doen en laten
aan deze zijde van het graf. Opstanding, zou ik zeggen, begint al
bij het dagelijkse opstaan uit de overgave aan de slaap, de
ochtendluiheid en de zwakheid van het vlees. Opstanding betekent
telkens weer opstaan als je gevallen bent en in de val van de
bekoring getrapt. Het betekent dat je je niet laat neerslaan door
tegenslag. Het betekent dat je medemensen de kans geeft om op te
staan door hun vergiffenis te schenken. Dat je zelf vergiffenis
vraagt om te kunnen opstaan uit je kwaad. Het betekent
opstandigheid tegen onrecht, ook als je vrees moet hebben voor wat
men je zal aandoen.
Maar wat dan met de onvermijdelijke dood? Ik
ken mensen die de kunst verstaan om naar hun dood toe te leven. Ze
bezitten de kracht om los te laten wat ze niet kunnen vasthouden,
om af te staan wat hun wordt ontrukt. 1k benijd zulke mensen. Ik
hoop dat me op tijd en stond die genade wordt geschonken. Leven
uit geloof in de opstanding met de dood voor ogen — je eigen
dood en die van geliefden die je te vroeg worden ontrukt — kan
je, denk ik, alleen uithouden als je erop durft hopen dat alles
dwarsdoor goed is, door verval en dood heen blijft voortbestaan.
Zo moeten we Pasen vieren: de feestelijke
uitdrukking van elkaars geloof dat het goede het uiteindelijk wint
van alle kwaad.
B.J. De Clercq o.p.