"Heden
hosanna, morgen aan het kruis!" (Palmzondaglied)
In
een populair zondagavond programma op de TV was onlangs Mark
Eyskens te gast. Toen hem vragen werden gesteld over macht en
aanzien, zei hij op een bepaald moment: "Dit alles is
schuim".
Jezus wordt vandaag als een koning toegejuicht. Zoals Davids
zoon koning Salomo doet hij zijn blijde intrede in Jerusalem. De
mensen langs de kant van de weg spreiden hun mantels voor hem uit
. In de andere evangelies lezen we hoe ze twijgen en takken van de
bomen rukken om er mee te zwaaien. Ze juichen:"Gezegend de
koning die komt in de naam van de Heer! Vrede in de hemel en eer
in den hoge!" Maar de triomf vergaat als schuim . Want de
blijde intocht van koning Jezus maakt plaats voor de gruwelijke
lijdensweg, de calvarietocht naar Golgota. Omdat Jezus kiest voor
een ander koninkrijk: niet een van macht en aanzien, maar een dat
niet van deze wereld is. Het Rijk Gods van liefde.
"Van liefde komt groot lijden" schreef de vlaamse
mystica Hadewych. Velen onder ons zullen dit beamen. Johannes
schrijft dat niemand grotere liefde heeft dan hij die zijn leven
geeft voor zijn vrienden. Liefde tot het uiterste, breken en
delen, zo was Jezus' leven. Daarom laat hij het brood en de
beker de kring rond gaan tijdens de paasmaalviering met de
leerlingen. Wie met Hem eet en drinkt wil lot-en deelgenoot zijn
in zijn liefde en lijden. Wil het met Hem opnemen tegen alles
wat de waarachtige liefde verraadt. Omwille van God wiens naam
'Liefde' is.
Als je kiest voor deze Jezus-liefde word je heel kwestbaar. Het
is de grondtoon van alle lijden. Je bent breekbaar en broos. Maar
ook groots in je sereniteit en echtheid. "Hoe kostbaar is een
kwestbaar mens", schreef Okke Jager.
In je kwetsbaarheid zoek je steun. Een hand op je schouder.
Mensen die je omgeven met hun begrip en warme aanwezigheid. Jezus'
vrienden omgeven hem niet. Hij kan niet op hen rekenen. Ze vallen
in slaap in de Olijfhof. Judas verraadt hem met een kus. Een
intiem gebaar wordt een leugen. Ook Petrus liegt. Uit schrik, om
zijn eigen hachje te redden. Tot driemaal toe is er die
verloochening van zijn geliefde meester. En al de anderen kijken
van ver toe.
Het is zo herkenbaar. Bij groot lijden en verdriet nemen we
afstand of vluchten weg. We voelen ons machteloos. Weten niet wat
zeggen. Of gaan rationaliseren. En daar heeft niemand iets aan. Of
we zijn leugenachtig. Er is zoveel onwaarheid rondom een ziekbed.
Zogezegd uit liefde. Om elkaar te sparen. Het woord kanker is
taboe. Zelfs als de patiënt helemaal terminaal is wordt dikwijls
nog gelogen over zijn of haar toestand. Daardoor geraakt de zieke
geïsoleerd. Een bittere ervaring.
Ook Jezus moest het alleen redden in de Olijfhof. Hij was ten
prooi aan doodsangst. Zijn zweet werd tot dikke druppels bloed.
"Vader als Gij wilt, laat deze beker Mij voorbijgaan."
Een gevecht met God. Biddend wil Jezus zijn angst overstijgen.
Komen tot aanvaarding van het onontkoombare. " Maar toch:niet
mijn wil maar uw wil geschiede"
"Pas na een lange weg van strijd en angst, van algehele
ontreddering en paniek kunnen mensen soms deze vrede bereiken. De
vrede van de overgave . Zich in handen geven van een God die
ondanks alles nabij is met Zijn Liefde . Zich aan Hem gewonnen
geven. Beseffen dat Hij uiteindelijk alles ten goede leidt.
Na zijn gevangenneming zijn het buitenstaanders , vreemden, die
over Jezus' lot beslissen. Het Sanhedrin . Hogepriesters,
farizeeërs en schriftgeleerden. Zij zijn de machtigen. De
schuimbekkers! Die over lijken lopen. Ze moeten zichzelf
beveiligen. Andere machthebbers naar de ogen zien. Zoals Pontius
Pilatus die ze hartsgrondig haten. Ze moeten de volkswil bespelen.
Huichelachtig mensen op hun hand krijgen. Een politieke spel in al
zijn valsheid.
Jezus staat er als de waarachtige serene mens. Hij moet geen
enkel woord terugtrekken. Geen enkel gebaar ontkennen. Hij is
zuiver tot op de graat. De zondeloze, onschuldige wordt als een
misdadiger en godloochenaar gekruisigd.
Jezus bidt voor zijn beulen. Zij moeten noodgedwongen hun
handen vuil maken. Hij spreekt ook tegen de andere gekruisigde:
"Ik zeg u, vandaag nog zult u met mij zijn in het
paradijs." Andere evangelisten laten Jezus psalmen bidden.
Alles wat in psalm 22 staat heeft Jezus in zichzelf herkend. De
Godsverlatenheid. "Mijn God, mijn God, waarom heb je mij
verlaten ?" Jezus is hier solidair met de ontelbaren die God
afwezig voelen in hun lijden, in de absurde waanzin. Maar in
dezelfde psalm staat ook: "In uw handen beveel ik mijn
geest". Vertrouwen in God wiens naam is: "Ik zal er zijn
voor U". Tot dit geloof gekomen op het kruis, is Jezus voor
ons dé profeet-martelaar . Johannes zal de kruisdood het moment
van Jezus' verheerlijking noemen. Dan is Hij in uiterste Liefde
als mens de gelijke van de God van Liefde.
Rob Moens o.p.