"In
die tijd zond Jezus tweeënzeventig leerlingen twee aan twee uit
naar alle steden en plaatsen,... als lammeren onder de wolven
"
De
grote uittocht naar vele vakantieoorden is volop aan de gang. Alom
ontwaar je de mobiliteit. Mensen gaan op weg om ontspanning en
rust te vinden, om andere culturen te ontdekken, om zelf enkele
weken ongedwongen zonder stress en zorgen te leven. In een ander
ritme en een andere stijl.
Het evangelie dat dit weekeinde wordt gelezen
gaat over de mobiliteit van de missionaire uitzending, en over de
nieuwe levensstijl die christelijke verkondigers uitdragen.
Uitgerekend tweeënzeventig stuurt Jezus er op weg. Niet enkel de
twaalf voor de eigen volksgenoten, maar zes keer twaalf. Dat is
voor alle volkeren van de wereld. Lucas is bij uitstek de
kerk-evangelist. Hij schrijft rond het jaar '8O. Dan heeft het
christendom zich al wonderlijk uitgebreid in het
Middelandse-Zeegebied. "De oogst is groot." En arbeiders
zijn er altijd te weinig. Apostelen zoals Paulus en Petrus,
Barnabas, Silas, Judas, Lydia, Prisca en Aquila, Philipus en
Stefanus: overal hebben ze huiskerken gesticht en christelijke
gemeenschappen.
Lucas is nog meer enthousiast en optimist dan Jesaja. De profeet
liet al de vrede stromen als een onstuimige rivier en de dorre
beenderen bloeien als het jonge groei. Hij slaakt juichkreten van
vreugde. Lucas laat de tweeënzeventig uitbundig juichen om de
duivels die zich aan hen onderwerpen. De satan valt als de bliksem
uit de hemel. En slangen en schorpioenen worden met voeten
getreden. Blijkbaar kan niets de verkondigers van het Rijk Gods
deren! Jezus wijst hen op de eigenlijke bron van hun vreugde:
"Jullie namen staan opgeschreven in de hemel." Dat
betekent: jullie zijn bemind, eindeloos bemind. Door een
overvloedige goddelijke liefde. Jesaja beschrijft die volle
moederlijke tederheid . Christenen verkondigen deze blijde
boodschap. Het Rijk Gods is nabij. Gods liefde breekt door. Overal
waar mensen er voor open staan. Zeker in Jezus en in hen die Hem
verkondigen. Een liefde van dienen en delen. Een liefde die het
mogelijk maakt de slangen en schorpioenen van sluwheid, corruptie,
bedrog, argwaan en bitterheid te vertrappen. Die de satan van de
onmenselijkheid als de bliksem neerslaat. Juist door die nieuwe
levensstijl. Daardoor zijn ze "als lammeren onder de
wolven".
Het
lam staat symbool voor weerloosheid. Niet voor lamlendigheid. De
leerlingen zijn, zoals hun meester, op een geheel andere wijze
'sterk'. Niet door hun dikke portemonnee, of een volle reiszak, of
stevige sandalen. Niet door een uitgebreide en invloedrijke
kennissenkring. Ze mogen zelfs "niemand groeten onder
weg", staat er. Dat betekent dat ze zich moeten ontrekken aan
de oosterse uitgebreide plichtplegingen van onthaal met veel
omhaal. Hun tijd is te kostbaar. De prediking van het Rijk Gods te
dringend. Het gaat er om de liefde van Godswege uit te stralen en
uit te dragen. Als "een lam onder wolven". Zelf een
boodschap zijn. Als een groet van God aan deze wereld . Zijn als
Jezus. Authentiek. Puur. Onbevangen; innerlijk vrij; helemaal
jezelf. Met een levensstijl die hartveroverend en ontwapenend is.
Kortom, totaal het omgekeerde van die Latijnse uitspraak: Homo
homini lupus, de ene mens is voor de andere een wolf.
De
actualiteit van dit evangelie voor ons, is niet ver te zoeken.
Christenen worden opnieuw uitgezonden. Wij, hier in onze
ontkerstende en geseculariseerde westerse wereld. Het is zoeken
naar een nieuwe expansie, een nieuwe evangelisatie. Hoe komt er
opnieuw mobiliteit, christelijke beweging? We zullen onszelf
moeten onderzoeken omtrent de ballast die we meeslepen in ons
geloof en onze kerkstructuren. Oubollige vormen en voorstellingen
die een hinderpaal zijn voor nieuwe evangelisatie. Mobiliteit
vraagt om bevrijding van krampachtig vasthouden aan vastgeroeste
gewoontes van ''t is altijd zo geweest'. De Jezus-beweging begon
ook als een revolutionaire vernieuwingsbeweging binnen het
jodendem. Ze keerde zich tegen het onrecht van de georganiseerde
tempelreligie. Tegen het reinheidsysteem, de strakke wets- en
sabbat-beleving waardoor mensen werden vervreemd en uitgebuit. De
Jezus-beweging, ook vandaag, is een profetische beweging. Een
onstuimige stroom voor vrede en gerechtigheid. Een vitalisering
van de evangelische levensstijl. Zich keren tegen dode letters en
dorre systemen. Zoeken hoe we wervende geloofskernen, dynamische
gemeenschappen kunnen stichten. Overal worden federaties of
pastorale eenheden opgericht. Zijn ze een netwerk van echt
christelijke eigentijdse vitale groepen die getuigen van een
evangelische levensstijl? En durven ze de confrontatie aan met de
machthebbers, de wolven, van vandaag ? Nieuwe evangelisatie is
onmogelijk zonder een ernstig debat met de hedendaagse cultuur en
samenleving. Onze tijd vraagt om christelijke vrijmoedigheid en
een open machtsvrije dialoog . Om een kerk als ontmoetingsplaats
en gespreksruimte voor allen die zich inzetten voor een nieuwe
samenleving.
In de vakantietijd gaan mensen dikwijls
ongebaande wegen en hebben ze verrassende en verrijkende
ontmoetingen. Een nieuw missionair elan moet ons mobiel maken
voor andere wegen. Moet ruimte maken voor het onverwachte. Dat
vraagt het risico van loslaten. Dat vraagt de moed om weerloos
maar wel evangelisch weerbaar onze wereld in te stappen . Het is
de Heer zelf die ons, ook vandaag, uitzendt. De vreugde om zijn
nabijheid zou alle defaitisme moeten uitbannen.
Rob Moens o.p., Genk
|